Kinesiologie, methode Totaalbalans
Kinesiologie
Kinesiologie betekent letterlijk de leer van beweging. Het is een therapeutische manier om uit te zoeken waar, waarom en wanneer de balans is het lichaam verstoord is geraakt. Daarbij wordt gezocht naar mogelijkheden om die balans te herstellen.
Een Amerikaanse chiropractor, Georg Goodheart, ontdekte in de jaren zestig van de vorige eeuw, dat er een samenhang bestaat tussen spiergroepen, meridianen en organen. Te hoge of te lage spierspanning in een bepaald gebied blijkt samen te hangen met een verstoring van de desbetreffende meridiaan of het daaraan gekoppelde orgaan. Kinesiologie is dus gebaseerd op de westerse geneeskunde en de meridiaanleer uit de traditionele Chinese geneeskunde. Veel anderen hebben op deze inzichten voortgebouwd. Ik werk met de methode Totaalbalans.
Totaalbalans
Totaalbalans is een richting in de kinesiologie, die erg geschikt is om verschillende complementaire geneeswijzen te combineren. In de natuurgeneeskunde wordt van veel middelen en methoden gebruik gemaakt. Dat maakt de kans op genezing of vermindering van klachten groter. Kinesiologie volgens de methode van Totaalbalans wordt ook wel natuurgeneeskundige kinesiologie genoemd.
De kern van de kinesiologische werkwijze is gebaseerd op spiertesten, daarom eerst wat informatie hierover:
Kinesiologie werkt met spiertesten
Spiertesten zijn gebaseerd op de volgende uitgangspunten:
- Ons lichaam weet instinctief wat ‘goed’ voor ons is en wat niet. Het weet bijvoorbeeld of ons lichaam overgevoelig zal reageren op een voedingsstof of niet. Alleen ons bewustzijn heeft weinig of geen contact met dat instinctieve weten.
- Het lichaam maakt een kleine hoeveelheid stresshormonen aan als er bij een spiertest iets gemeten wordt dat het lichaam niet verdraagt. Die hoeveelheid is dermate klein, dat we dat niet of nauwelijks ervaren.
Ook al weet het lichaam wat wel of niet goed voor ons is, onze geest is zich dat dus lang niet altijd bewust.
Door de stresshormonen verandert o.a. de spanning van de spieren. Stresshormonen worden vrijgemaakt als het lichaam iets als ‘bedreigend’ ervaart. Ze bereiden het lichaam voor op heel hard weg kunnen lopen of kunnen vechten, daarbij hoort een verhoogde alertheid en die gaat gepaard met een hogere spierspanning. Deze verandering van de spierspanning is de basis van spiertesten. - Er kan dus wel of geen verandering van de spierspanning ontstaan. Dit is een zwart-wit antwoord. Dat interpreteer je vervolgens als ‘waar’ of ‘niet waar’. Daarmee bepaalt de kinesioloog of er wel of niet sprake is van een stressfactor.
Objectief, honderd procent betrouwbaar?
Ik zie kinesiologie als een subjectieve werkwijze. Er is altijd een energetische wisselwerking tussen degene die test en degene die getest wordt. Zie ook energie en gezondheid om deze wisselwerking beter te begrijpen.
De kinesioloog stelt met behulp van testbuisje bepaalde ‘vragen’. Als een arts of therapeut bepaalde kennis niet heeft, dan kan er ook geen antwoord op dat deel van een gezondheidsprobleem komen. Als je bepaalde testbuisjes niet hebt, dan kan er ook niet worden getest of er wel of niet sprake is van een stressfactor. Dat geldt overigens voor alle werkwijzen in de gezondheidszorg. Geen enkele werkwijze is 100 procent betrouwbaar, omdat niets 100% compleet is. Ik combineer kinesiologie daarom graag met methodes die gebaseerd zijn op laboratoriumonderzoek.
Hier vindt u informatie over de gebruikte testbuisjes.
Methode en doelstellingen van Totaalbalans

De naam Totaalbalans staat voor het idee om via allerlei natuurlijke middelen de energiebalans van mensen te herstellen. Alles bestaat uit energie, dus ook de mens. Hoe meer een mens in balans is met zichzelf en zijn of haar omgeving, hoe beter dit is voor de gezondheid. Dit betekent ook dat er zowel aandacht aan lichamelijke als psychische factoren wordt besteed. Ik kijk via de spiertest of er bijvoorbeeld ontgifting nodig is en of de stofwisseling goed verloopt. Bij het testen betrek ik ook de erfelijke gevoeligheid. Er zijn veel factoren die invloed hebben op onze energiebalans. Door negatieve patronen in gedrag en gezondheid te neutraliseren, voor zover dat mogelijk is, zal de eigen balans stabieler worden. Daardoor zullen lichamelijke, mentale en emotionele klachten afnemen. Er komt weer ruimte en energie voor herstel en groei. Lees hier meer over energetische oefeningen….
Kinesiologisch onderzoek vindt gekleed en meestal liggend plaats. Informatie over de gebruikte testampullen vindt u onderaan.
Uitleg uitgangspunten Totaalbalans
Om het verloop van de behandelingen enigszins te kunnen begrijpen, staat hier wat toelichting over oorzaken van klachten.
Vanaf de start van van een zwangerschap zijn er al erfelijke verstoringen in ons energiepatroon. Die zijn afkomstig van de ouders en hun leefsituatie. Daarnaast kunnen er verstoringen optreden tijdens de zwangerschap, door stress, ziektes, milieuvervuiling of voeding van de moeder die niet goed is voor de baby. De bevalling kan ook gepaard gaan met problemen. In de eerste levensfase zijn alle kinderen kwetsbaar voor ziektes, gevoelens van onveiligheid en dergelijke. Erfelijke verstoringen zijn genetisch bepaald (doorgegeven via het DNA). Maar er kunnen al tijdens de zwangerschap problemen ontstaan, of vlak daarna. Dit zijn epigenetische verstoringen.

Epigenetisch, wat is dat en wat kun je er mee?
Epigenetisch betekent dat de verstoringen ontstaan zijn door invloeden van buitenaf en dat dit invloed heeft op het functioneren van de genen. Dit zijn over het algemeen verstoringen die weer geneutraliseerd kunnen worden. Dit neutraliseren gebeurt door verkeerd geactiveerde genen weer te kalmeren, met adviezen die ik geef.
Bij veel aandoeningen denken reguliere artsen dat ze worden veroorzaakt door genetisch bepaalde zwaktes. Waarschijnlijk is er echter vaak sprake van epigenetische oorzaken. Bij erfelijke factoren is de familiaire gezondheidsgeschiedenis de oorzaak van klachten van een lid van die familie. Die factoren kunnen we niet of nauwelijks beïnvloeden. Als je iets ziet als epigenetisch, dan is verbetering van gezondheid wel mogelijk. Hoe je tegen je klachten aan kijkt, heeft dus veel invloed op de manier waarop je er mee om gaat.
De mix van erfelijke en epigenetische oorzaken leidt tot gevoeligheid voor ziektes en klachten.
Waar ontstaat een ziekte?
Op onze zwakste plekken ontwikkelen zich onder invloed van trauma’s, ziektekiemen, toxische stoffen en verkeerde voeding allerlei energieverstoringen en ziekteprocessen, die op hun beurt tot chronische degeneratieve ziektes kunnen leiden. Voor sommige mensen klinkt het woord ’trauma’ te heftig/ overdreven. Maar een baby die bijvoorbeeld van de commode valt, kan daar een (onbewuste) angst aan overhouden, die de energie kan verstoren. In sommige talen heeft het woord ’trauma’ ook de betekenis van letsel/ lichamelijke schade.
Onbalans herstellen
Nadat de onbalans is gevonden, zoek ik naar natuurlijke methodes en preparaten die deze onbalans opheffen of verminderen. Hierbij gebruik ik o.a. bloesemremedies, homeopathische middelen, kruiden, vitamines, mineralen, voedingsadviezen, bewegingsadviezen et cetera.
Deze middelen moet u meestal in de tussenliggende periode tot de volgende behandeling gebruiken. Dan kunnen we zien of dit tot een duidelijke verandering van het klachtenbeeld heeft geleid. Lees hier meer over methodes die ik toepas in de praktijk.
Energetische oefeningen kunnen soms ook een bijdrage leveren aan het herstel van de balans. Voor de westerse mens is het begrip ‘energie’ meer verbonden met het elektriciteitsnet in je huis bijvoorbeeld, dan met iets anders. Lees hier meer over energie en gezondheid….
De testbuisjes
Bij kinesiologische testen maken we gebruik van testbuisjes. Therapeuten die met elektro-acupunctuur of een Vegatestapparaat werken, maken ook gebruik van zulke testbuisjes. Hier zitten meestal homeopathische stoffen in. Elk orgaan, hormoon, voedingsmiddel, ziektekiem et cetera heeft zijn eigen energiepatroon. Van bijvoorbeeld een appel kan je een oplossing maken, die volgens een standaard protocol schudden en verdunnen. Dit heet homeopathiseren. Die gehomeopathiseerde stof zit in het testbuisje. Daarmee wordt gemeten of bijvoorbeeld de hierboven genoemde appel een stressreactie veroorzaakt. Bij de kinesiologie veroorzaakt dit een verandering in spierspanning, bij een vegatest- of elektro-acupunctuurapparaat verandert de stand van de wijzer. Er zijn veel overeenkomsten tussen deze methodes. Ook allerlei moderne, computergestuurde diagnostische apparaten gebruiken vergelijkbare methodes (kwantumapparaten).
Testbuisjes kunnen ook ‘gewone’ stoffen bevatten zoals een vitaminepil, maar bijvoorbeeld voedingsmiddelen zijn aan bederf onderhevig. De ampullen met een homeopathische inhoud zijn beter houdbaar, bruikbaar en hebben een praktisch klein volume.